- De studie “WASF3 verstoort de mitochondriale ademhaling en kan een rol spelen bij inspanningsintolerantie in myalgische encefalomyelitis/chronisch vermoeidheidssyndroom” viel op door een aantal redenen. Het werd gepubliceerd in de Proceedings of the National Academy of Sciences – een van de meest prestigieuze wetenschappelijke tijdschriften, en werd geproduceerd door onderzoekers van de National Institutes of Health (NIH) – een zeldzaamheid.
- Het begon met een onderzoek naar een kankerverwekkende mutatie bij een 38-jarige vrouw die last had van toenemende vermoeidheid sinds ze op 16-jarige leeftijd infectieuze mononucleose had opgelopen.
- In haar spierweefsel werden hoge niveaus van een eiwit met de naam WASF3 aangetroffen. Toen de onderzoekers een link naar WASF3 vonden in een onduidelijk artikel over ME/cvs uit 2011 waren ze geïntrigeerd door haar ernstige vermoeidheid.
- Dat artikel was een van de vele die voortkwamen uit een baanbrekende ME/cvs-inspanningen van Suzanne Vernon bij het CDC, die een enorme dataset afkomstig van honderden ME/cvs patienten aan een groep gaf die gespecialiseerd was in rekenkundige uitdagingen.. Het kleine artikel had echter tot nu toe nooit de aandacht getrokken.
- Verschillende testen wezen uit dat de cellen van de vrouw minder energie produceerden en, in het bijzonder, een defect hadden in hun vermogen om elektronen over te brengen van complex 3 naar complex 4 in de elektronentransportketen in de mitochondriën.
- Een toename van 40% in haar WASF3 eiwitniveaus in combinatie met een toename van 34% in het cytochroomoxidase-enzym bezegelde de zaak: de overgang van complex 3 naar complex 4 in de mitochondriën bleek niet goed te gaan.
- Toen ze de WASF3-niveaus in haar cellen omlaag brachten, verbeterde haar mitochondriaal functioneren. Ze rapporteerden: “Gezamenlijk toonden deze resultaten aan dat primaire overexpressie van WASF3 in cellen leidt tot verstoring van de ademhaling (energieproductie)”.
- Vervolgens creëerden ze een hoog WASF3-gehalte bij muizen die bij inspanning hoge lactaatniveaus in het bloed aanmaakten – wat ook bij ME/cvs is gevonden. De muizen leken normaal, maar hadden een “opmerkelijke 50% vermindering in maximale loopcapaciteit”.
- ME/cvs-patiënten uit de grote ME/cvs-studie van Avindra Nath werden erbij gehaald en bleken ook significant verhoogde WASF3-niveaus te hebben, evenals aanwijzingen voor problemen bij de overgang van complex 3 naar 4 in de mitochondriën.
- Vervolgens gingen ze “stroomopwaarts”: om te zien of het endoplasmatisch reticulum, dat de WASF3-productie reguleert, goed functioneerde. Ze vonden een warboel van problemen met het endoplasmatisch reticulum en concludeerden dat er een hoge mate van endoplasmatische reticulum stress aanwezig is bij ME/cvs.
- Het resultaat van dit alles was dat er een nieuwe mitochondriale afwijking werd gevonden die de energieproductie vermindert bij ME/cvs. De auteurs stelden dat hun bevinding een moleculaire verklaring bood voor de symptomen van energietekort bij inspanningsintolerantie en malaise na inspanning bij een patiënt met chronische vermoeidheid.
- De studie was ook opmerkelijk vanwege de diepgang van het team, dat zelfs zover ging om nieuwe wegen te ontdekken waarop WASF3 de mitochondriën aantastte en het creëren van genetisch bewerkte muizen.
- Bij het onderzoek was ook het team van Avindra Nath betrokken. In een vroeg stadium werd gemeld dat Nath mitochondriale afwijkingen had gevonden bij ME/cvs. Sindsdien heeft Nath gerapporteerd dat zijn 5 jaar durende intensieve ME/cvs studie succesvol was en het veld vooruit zal helpen in de richting van klinische proeven. De tijd zal het leren, maar men zou zich een grote NIH inspanning kunnen voorstellen met betrekking tot de mitochondriën in ME/cvs.
- ER-stress wordt ook bij andere aandoeningen gevonden en er worden supplementen en medicijnen onderzocht. Het NIH-team kijkt nu naar medicijnen die ER-stress verminderen in de hoop op een klinisch onderzoek naar ME/cvs.
Het volledige Engelstalige artikel van Cort Johnson over het NIH onderzoek lees je hier.